Wetboek-online maakt gebruik van cookies. sluiten
bladeren
zoeken

Wet educatie en beroepsonderwijs

 

Artikel 2.5.5a Gebruik persoonsgebonden nummer door bevoegd gezag
1
Het bevoegd gezag kan het persoonsgebonden nummer van een deelnemer aan een beroepsopleiding gebruiken in het verkeer met de deelnemer op wie het nummer betrekking heeft, of, indien de deelnemer minderjarig is, met de ouders, voogden of verzorgers van deze deelnemer.
2
Het bevoegd gezag verstrekt het persoonsgebonden nummer van iedere deelnemer aan een beroepsopleiding aan de Informatie Beheer Groep, tezamen met de volgende gegevens van de deelnemer:
a
geslacht, geboortedatum en postcode van de woonplaats;
b
de datum van inschrijving of einde inschrijving;
c
de kwalificatie;
d
de leerweg;
e
het al dan niet hebben van een handicap of chronische ziekte die extra ondersteuning vraagt van de instelling;
f
de hoogste vooropleiding;
g
de behaalde deelkwalificaties, voorzover het betreft het beroepsonderwijs op het gebied van de landbouw en de natuurlijke omgeving;
h
het uitstroomniveau of het behaalde diploma en de datum waarop het diploma is behaald;
i
de omvang van beroepspraktijkvorming, de datum van begin en einde daarvan, de afsluitdatum van de beroepspraktijkvormingsovereenkomst en het betrokken bedrijf dat of de betrokken organisatie die de beroepspraktijkvorming verzorgt; en
j
het registratienummer van de instelling;
k
het al dan niet zijn van risicodeelnemer;
l
het volgen van de opleiding in voltijd of deeltijd;
m
indien van toepassing het zijn van examendeelnemer; en
n
het al dan niet voor bekostiging in aanmerking komen van de deelnemer of het diploma.
3
Bij ministeriƫle regeling kan een nadere specificatie worden gegeven van de gegevens, bedoeld in het tweede en zevende lid, en kan worden bepaald welke van de gegevens, bedoeld in het tweede en zevende lid, niet langer behoeven te worden verstrekt. Bij ministeriƫle regeling kunnen voorts regels worden gesteld omtrent de tijdstippen en de wijze van verstrekking van de gegevens, bedoeld in het tweede lid.
4
Het bevoegd gezag kan het persoonsgebonden nummer van een deelnemer aan een beroepsopleiding, al dan niet tezamen met een of meer van de gegevens, bedoeld in het tweede lid, gebruiken in het verkeer met Onze Minister ten behoeve van de vaststelling van de bekostiging van de instelling.
5
Het bevoegd gezag en het hoofd, bedoeld in artikel 1, onder d, van de Leerplichtwet 1969, gebruiken het persoonsgebonden nummer van een deelnemer aan een beroepsopleiding in contacten met een gemeente in het kader van de Leerplichtwet 1969, tezamen met de gegevens die noodzakelijk zijn voor het toezicht op de naleving van die wet door de gemeente.
6
Het bevoegd gezag gebruikt bij de opgave aan burgemeester en wethouders, bedoeld in artikel 8.1.8, eerste lid, het persoonsgebonden nummer van de betrokkene.
7
Indien de gegevens over de nationaliteit van de deelnemer niet zijn opgenomen in de gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens worden deze gegevens door het bevoegd gezag verstrekt aan de Informatie Beheer Groep.
8
Het bevoegd gezag gebruikt het persoonsgebonden nummer van een deelnemer aan een beroepsopleiding in het kader van de uitvoering van subsidieregelingen van het Europees Sociaal Fonds.
9
Het bevoegd gezag gebruikt het persoonsgebonden nummer van een deelnemer aan een beroepsopleiding in het contact met een andere instelling of een school of instelling voor ander onderwijs ten behoeve van de in- en uitschrijving van die deelnemer.
10
Het bevoegd gezag verstrekt geen persoonsgebonden nummer van een deelnemer aan een beroepsopleiding ter uitvoering van artikel 107, tweede en vijfde lid, van de Vreemdelingenwet 2000.


Jurisprudentie bij dit artikel

  • Hieronder wordt een selectie van de bijbehorende jurisprudentie getoond.

  • Geen resultaten gevonden voor de door u opgegeven zoek termen.
  •